Operatie
De Chirurg
Eenmaal door de procedure (lees beoordelingscommissie), kan de patient zich op de operatie gaan voorbereiden.
Het leek mij een goed idee om eerst een idee te geven wat er voor een neurochirurg bij komt kijken, en om enig inzicht te geven hoe gecompliceerd de operatie eigenlijk is. Dit niet om af te schrikken, want de chirurgen zijn in staat om de kans op complicaties tot een absoluut minimum te beperken.
De hersenmassa is eigenlijk één groot zenuw stelsel, daarom veronderstelt de neurochirurgie een grondige kennis van het zenuwstelsel. Dat vloeit voort uit de heel bijzondere eigenschappen van het zenuwweefsel. zenuwweefsel is qua fysiek heel zacht om aan te raken en het mist iedere mechanische stevigheid waardoor het uitermate kwetsbaar is. Het ingrijpen in zenuwweefsel vereist daarom ook speciale apparatuur. Om een voorbeeld te noemen, kan men bloedende vaten niet zoals in de chirurgie gebruikelijk is met een hecht garen afbinden, omdat de bewegingen die hiervoor moeten worden verricht, al zo grof zijn dat het hele bloedvat uit het weefsel zou worden getrokken!
Ook zijn de hersenen zeer rijk aan vaten omdat ze voor hun functie veel energie nodig hebben terwijl de energiebronnen (vooral suiker en zuurstof) met het bloed moeten worden aangevoerd. Tijdens de operatie worden onvermijdelijk kleinere bloedvaten geopend, waar dus veel bloed uitvloeit dat al spoedig het operatieveld zal bedekken en de weefselstructuren onzichtbaar maken, als het bloed daarbij niet zou worden weggezogen. Dit gebeurt met een alleen in de neurochirurgie gebruikelijk fijn afstelbaar afzuigsysteem dat ook nog met een zekere voorzichtigheid moet worden gehanteerd, omdat anders met het bloed ook het uiterst weke zenuwweefsel zou worden weggezogen....
Een andere eigenschap van het zenuwweefsel is de snelle neiging tot zwellen bij de geringste beschadiging, zoals ook een gekneusde pols groot uit kan zwellen. Deze hersenzwelling wordt ook wel hersenoedeem genoemd. Bij de pols is de zwelling pijnlijk en vervelend, echter niet gevaarlijk. Maar bij de hersenen ligt dat anders. Omdat de hersenen zo week en kwetsbaar zijn heeft de Schepper ze ter bescherming opgeborgen in de schedel, een harde onuitzetbare doos die niet gemakkelijk toegeeft aan mechanisch geweld. Hersenen die door beschadiging sterk gaan zwellen dreigen niet meer in de schedel te passen, en het gevolg is dan dat bepaalde vitale gedeelten van de hersenen binnenin de schedel bekneld raken. Dit betekent voor de neurochirurg dat hij uiterst voorzichtig met het weefsel moet omgaan. Hij mag het niet onnodig kwetsen of zelfs aanraken, omdat anders hersenzwelling kan optreden.
Dan is er de belangrijke eigenschap van het zenuwweefsel dat het een slecht vermogen tot herstel heeft. Dit in tegenstelling tot bot of spieren, die na een breuk of verscheuring weer vast kunnen groeien. Het schrijnendste voorbeeld hiervan is de totale dwarslaesie van het ruggenmerg die blijvend is. Deze onherstelbaarheid van het weefsel moet de neurochirurg zich altijd voor ogen houden, wat betekent dat hij bij zijn ingrepen uiterst zuinig met het weefsel moet omgaan. Hij kan het zich bijvoorbeeld niet veroorloven om zichzelf een goed overzicht te verschaffen op zijn operatieveld door het weefsel aan de kant te duwen.
Met behulp van het operatiemicroscoop en de complexe 3D-berekeningen en diverse hersenscans (bv. de PET-scan) moet hij zijn toegangsweg kiezen langs de natuurlijke weefselspleten waardoor het tussenliggende weefsel zomin mogelijk wordt beschadigd.
Tenslotte is de neurochirurg er zich voortdurend van bewust dat het de hersenen niet alleen het zetel is van vitale functies zoals ademhaling en bloedsomloop, waarvan uitval levensbedreigend is, maar ook van de motoriek en de zintuiglijke waarnemingen en bewustzijn, spraak en denken, waarvan verstoringen ernstige invaliditeit tot gevolg kunnen hebben, maar waarbij ook de menselijke eigenwaarde van de patiënt in het geding kan komen. Deze factoren nemen in de overwegingen altijd een grote plaats in.
Uit bovenstaande blijkt dus dat het niet zo vanzelf sprekend is om voor een operatie te kiezen. Net zoals voor de chirurg "dat doe ik wel even" er niet bij is, is het ook voor de patient een grote stap; ook de patient laat zich ook niet "zomaar" opereren!